3. Vakinhoudelijk en didactisch competent

Een leraar die vakinhoudelijk en didactisch competent is, ontwerpt een krachtige leeromgeving in zijn groep en zijn lessen. Zo’n leraar: stemt de leerinhouden en ook zijn doen en laten af op de kinderen en houdt rekening met individuele verschillen, motiveert de kinderen voor hun leertaken, daagt hen uit om er het beste van te maken en helpt hen om ze met succes af te ronden, leert de kinderen leren, ook van en met elkaar, om daarmee onder andere hun zelfstandigheid te bevorderen. Mijn bewijzen zal ik hieronder allen toelichten aan de hand van niveau 1.

Kennis

•  Ik ken de kerndoelen, wet- en regelgeving voor het primair onderwijs  
• Ik heb kennis van basale didactische vaardigheden
• Ik ken de uitgangspunten van diverse onderwijsconcepten en hun ontstaansgeschiedenis en ik ken de theorie over adaptief onderwijs
• Ik ken enkele werkwijzen om leer- en ontwikkelingsprocessen van kinderen vast te stellen en ik ken observatiemodellen
• Ik heb kennis van taalverwervingsprocessen

Vaardigheden

• Ik kan een verband leggen tussen lesdoelen en kerndoelen
• Ik kan onder toezicht een eenvoudige (digitale) les uitvoeren  en geef hierbij interactieve en taakgerichte instructie 
• Ik kan verschillen tussen kinderen constateren en kan verschillende differentiatie momenten en mogelijkheden in lessen herkennen
• Ik kan op een valide en betrouwbare manier observeren
• Ik  kan de beginsituatie van de eigen groep in kaart brengen

Attituden

• Ik straal enthousiasme uit voor het werken met schooltaken, vak- en ontwikkelingsgebieden
• Ik erken het belang van een observerende houding